
‘En alles staat stil’
De eerste gedachte, die bij mij opkwam bij de verscherpte maatregelen rondom het coronavirus was het lied van Tita Tovenaar, een kinderserie uit mijn jeugd. Tita klapt en zegt: ‘En alles staat stil.’ Van het ene op het andere moment. Voor mijn gevoel ging dat vrijdag de 13e ook op die manier. Rutte klapte met zijn handen en het leven viel stil. Voor een groot deel in elk geval. Voor hoe lang, dat weten we niet. We weten alleen dat dit een onwerkelijke situatie is. Een waarvan je als je wakker wordt denkt dat dit niet waar kan zijn!
Sociale contacten heb je alleen online (lang leve het internet!) of op 1,5 meter afstand. Sporten kan, maar beperkt en zeker niet in teamverband. Reizen kan niet. Elkaar omhelzen, zoenen, het mag niet, zelfs elkaar de hand schudden is een NO GO. Werken en studeren, dat doe je thuis dankzij het internet (met alle gevolgen van dien, zeg ik met enig cynisme). Evenementen worden afgelast, de horeca gaat dicht. Mijn feestje moet ik met pijn in mijn hart uitstellen (wat een vreemde ‘bijzondere’ verjaardag zal het zijn 21 maart). De zorg en andere hulpverleners blijken het baken van de samenleving, iedereen klampt zich aan hen vast (het kan bijna niet anders dan dat zij straks eindelijk EXTRA BELOOND worden).
Dan is er de angst voor het virus zelf. Wat doet het bij jou als het toeslaat? Of bij jouw naasten? Ik bekijk de situatie van dag tot dag of van uur tot uur. Ik hoop dat iedereen gezond blijft. Ik moet dit verwerken om er vervolgens iets mee te doen. Hulp bieden, mijn werk op een andere manier vormgeven, erover schrijven…ik moet het kwijt.
Ken je de pyramide van Maslow? Waar de politiek eerst vol was van klimaatbeheersing, is daar nu totaal geen ruimte meer voor. We zijn gezakt van de top van de pyramide naar de bodem. We moeten ons eerst weer veilig voelen voor we weer naar boven kunnen klimmen. Voor we weer in de fase komen van sociaal kunnen zijn (kunnen knuffelen, sporten in teamverband), onszelf kunnen ontplooien en weer van alles willen (dat zit nu eenmaal in de mensheid).
‘Alles staat stil’ betekent wel, dat er minder CO2-uitstoot is (kunnen we de grafieken over het klimaat straks mooi bijstellen). Dat er geen ‘zij’ en ‘wij’ is maar ‘wij samen’ en ‘wij lossen dit samen op’. Dat mensen allerlei creatieve dingen bedenken om elkaar op te vrolijken en te steunen. Dat het kabinet eindelijk leiderschap toont, de grote lijnen ziet en samenwerkt. Dat het wereldwijd is en dat het virus laat zien dat er maar een wereld is, een wereld van ons allemaal en dat we zo met elkaar verbonden zijn. En dat de aarde laat zien, dat zij ons, mensen, totaal niet nodig heeft. Het is lente, de bloei begint, de natuur laat zich van haar mooiste kant zien.
‘Alles staat stil’, behalve moeder Aarde.
Door: Brigitte Schiering
Geef een antwoord